(05.11.1946, Zwolle, Nederland – 11.07.2001, Amsterdam, Nederland)
Herman Brood werd geboren op 5 november 1946 en was in alles een rasartiest. In zijn muziek, in zijn gedichten en vooral in zijn schilderijen en zeefdrukken. Uit zijn werk spreekt een enorme gedrevenheid die hij dankzij zijn perfecte beheersing van de techniek op een briljante manier wist om te zetten in vorm en kleur. Het oeuvre van Brood staat in traditie van CoBrA, mede door het gebruik van primaire kleuren. Deze keuze voor primaire kleuren kwam grotendeels voort uit noodzaak, aangezien Brood kleurenblind was. Vaak bracht hij met zwarte verf letters aan op zijn schilderijen en ook de handtekening ‘brood’ neemt een prominente plek in op het doek.
De grote belangstelling voor zijn werk betekende voor Herman Brood een geweldige stimulans. Net als tijdens zijn optredens met zijn band was de wisselwerking met het publiek een aanmoediging en een bron van inspiratie tegelijk. Brood werkte vol overgave, stortte zich met penselen, verf en spuitbussen steeds opnieuw in een hallucinerend avontuur. De talloze indrukken en ervaringen die hij in zijn roerige leven verzameld had, vertaalde hij in kunst met een grote K. Kunst waarvoor de belangstelling alleen maar toeneemt omdat authenticiteit zich nu eenmaal feilloos laat herkennen. Herman Brood koos altijd voor een tastbaar beeld, waarbij de slogans doen denken aan een striptekening. Het gros van zijn schilderijen en- zeefdrukken laten zien waar het bij Herman Brood om draaide: muziek, relaties, ontspanning en liefde!
Herman Brood praatte openlijk over zijn harddrugs gebruik, maar tevergeefs hadden pogingen om af te kicken geen succes. Tegen 2001 was zijn lichaam compleet uitgeleefd en toen het er op leek dat hij nog maar een paar maanden te leven had, nam hij het heft in eigen hand en pleegde zelfmoord door van het dak van het Hilton hotel in Amsterdam te springen. In 2002 ging Herman's grootste droom - ooit in een museum te hangen - in vervulling middels een expositie in het Cobra-museum te Amstelveen.